Abstract
Bij de introductie van ,,wrijvingskracht" met de contextbegrippen,schuifwrijving, rolwrijving en Iuchtwrijving" zullen veel docenten natuurkunde zich tegenwoordig realiseren dat leerlingen met betrekking tot deze begrippen beschikken over preconcepties of zelfs miseoncepties.
Uit eigen ervaring weten leerlingen immers dat wrijving tussen twee voorwerpen de (mogelijke) beweging tegenwerkt. Enerzijds is wnjving vervelend, want de efficientie van auto’s, motoren en fletsen wordt erdoor verminderd. Anderzijds is dat maar goed ook want spijkers en schroeven zouden zonder wrijving niet bruikbaar zijn en een fietser zou
niet op gang of tot stilstand kunnen komen. Maar zijn er ook niet veel misconcepties onder docenten natuurkunde met betrekking tot wrijving? Na bestudering van wrijvingstheorieen en
analyse van Jeerboeken moeten wij deze vraag helaas bevestigend beantwoorden.
Original language | Dutch |
---|---|
Pages (from-to) | 216-219 |
Journal | NVON-maandblad |
Volume | 18 |
Issue number | 6 |
Publication status | Published - 1993 |