TY - BOOK
T1 - Onderzoek naar de wetenschap- en techniekactiviteiten van sCoolscience : 12 ontwerpprincipes
AU - Uum, van, M.S.J.
AU - Rohaan, E.J.
AU - Bakx, A.W.E.A.
PY - 2012
Y1 - 2012
N2 - In dit rapport wordt verslag gedaan van deze literatuurstudie met als doel een theoretische fundering te bieden voor de regionale activiteiten van sCoolscience. De centrale vraag van de literatuurstudie is: Op basis van welke theoretische principes, inclusief design principes, kunnen de regionale activiteiten van sCoolscience gefundeerd worden?
Om de centrale vraag te kunnen beantwoorden, wordt in het theoretisch kader eerst ingegaan op verschillende definities rond science/(natuur)wetenschap en techniek/technology. Daarbinnen wordt onderscheid gemaakt in kennis en vaardigheden. Vervolgens wordt het begrip attitude gedefinieerd. Omdat sCoolscience opbrengsten van leerlingen in kennis, vaardigheden en attitude wil vaststellen, wordt daarna ingegaan opbrengstgericht werken. Ook worden beïnvloedende factoren op kennis, vaardigheden en attitude van leerlingen ten aanzien van wetenschap en techniek besproken. Door rekening te houden met deze factoren kan sCoolscience haar activiteiten zo vormgeven dat zo hoog mogelijke leer- en attitude-opbrengsten bij leerlingen worden bereikt. Om sCoolscience van praktische adviezen te voorzien zijn tot slot bij deze beïnvloedende factoren design principes opgesteld.
De opgestelde design principes bestaan uit richtlijnen om rekening te houden met leerling gerelateerde kenmerken (sekseverschillen en de ervaringen en achtergrond van leerlingen) en school gerelateerde kenmerken (de kwaliteit van het onderwijs door de leraar, de tijdsduur en hoeveelheid lessen wetenschap en techniek, praktische activiteiten, en het beeld van wetenschap- en techniekonderwijs op school). Met behulp van de opgestelde design principes kan sCoolscience haar huidige activiteiten verbeteren en nieuwe activiteiten ontwikkelen.
AB - In dit rapport wordt verslag gedaan van deze literatuurstudie met als doel een theoretische fundering te bieden voor de regionale activiteiten van sCoolscience. De centrale vraag van de literatuurstudie is: Op basis van welke theoretische principes, inclusief design principes, kunnen de regionale activiteiten van sCoolscience gefundeerd worden?
Om de centrale vraag te kunnen beantwoorden, wordt in het theoretisch kader eerst ingegaan op verschillende definities rond science/(natuur)wetenschap en techniek/technology. Daarbinnen wordt onderscheid gemaakt in kennis en vaardigheden. Vervolgens wordt het begrip attitude gedefinieerd. Omdat sCoolscience opbrengsten van leerlingen in kennis, vaardigheden en attitude wil vaststellen, wordt daarna ingegaan opbrengstgericht werken. Ook worden beïnvloedende factoren op kennis, vaardigheden en attitude van leerlingen ten aanzien van wetenschap en techniek besproken. Door rekening te houden met deze factoren kan sCoolscience haar activiteiten zo vormgeven dat zo hoog mogelijke leer- en attitude-opbrengsten bij leerlingen worden bereikt. Om sCoolscience van praktische adviezen te voorzien zijn tot slot bij deze beïnvloedende factoren design principes opgesteld.
De opgestelde design principes bestaan uit richtlijnen om rekening te houden met leerling gerelateerde kenmerken (sekseverschillen en de ervaringen en achtergrond van leerlingen) en school gerelateerde kenmerken (de kwaliteit van het onderwijs door de leraar, de tijdsduur en hoeveelheid lessen wetenschap en techniek, praktische activiteiten, en het beeld van wetenschap- en techniekonderwijs op school). Met behulp van de opgestelde design principes kan sCoolscience haar huidige activiteiten verbeteren en nieuwe activiteiten ontwikkelen.
M3 - Rapport
BT - Onderzoek naar de wetenschap- en techniekactiviteiten van sCoolscience : 12 ontwerpprincipes
PB - sCoolscience/Eindhoven School of Education
CY - Eindhoven
ER -